Adriaan Daniël Fokker (1887-1972)

foto van Fokker

Adriaan Daniël Fokker werd op 17 augustus 1887 geboren in Buitenzorg (Bogor), Java. Hij was de zoon van de directeur van de Nederlandsche Handelmaatschappij in Batavia (Jakarta) en een neef van de vliegtuigbouwer Anthony Fokker. In 1894 keerde zijn familie terug naar Nederland. Hij studeerde mijnbouw aan de Technische Universiteit Delft en natuurkunde aan de universiteit van Leiden bij Hendrik Lorentz, waar hij in 1913 zijn doctoraat kreeg. Hij vervolgde zijn studies bij Albert Einstein, Ernest Rutherford en William Bragg. Van 1914 tot 1918 was hij als docent verbonden aan de Universiteit Leiden. Daarna werd hij achtereenvolgens benoemd tot natuurkundeleraar aan het gymnasium van Delft en professor aan de technische universiteit te Delft (1923-1927). Vanaf 1927 was hij betrokken bij de Teylers Stichting in Haarlem en van 1928 tot 1955 was hij professor in de natuurkunde aan de universiteit van Leiden en curator van het Fysisch Kabinet van Teylers Museum. In de jaren twintig en dertig verkreeg hij een internationale reputatie als natuurkundige. Van 1921 tot 1933 was hij redacteur van Physica-Nederlandsch Tijdschrift voor Natuurkunde. Gedurende de tweede wereldoorlog toen de Universiteit Leiden gesloten was, begon hij met het bestuderen van de muziektheorie, geïnspireerd door de beschrijving van een 31-toonssysteem door Christiaan Huygens (1629-1695). Het jaar 1942 was een keerpunt in zijn leven. Voortaan zou hij zijn meeste aandacht op de muziek richten, al werd de natuurkunde niet vergeten. In 1943 ontwierp hij een klein orgel om het spelen in de Euler-Fokker toongeslachten mogelijk te maken. Zijn muziektheoretische onderzoeken hebben in 1945 hun weerslag gevonden in het boek Rekenkundige bespiegeling der muziek. In 1951 werd het zogenaamde Fokker-orgel geïnstalleerd in Teylers Museum te Haarlem.

gedeelte portret van Fokker In 1960 richtte professor Fokker de Stichting Nauwluisterendheid op om het orgel te kunnen beheren en de muziek te verspreiden. In de jaren vijftig en zestig gaf Fokker veel lezingen in binnen- en buitenland over het 31-toonssysteem. Bovendien schreef hij artikelen over muzikale onderwerpen en een muzikale autobiografie: Neue Musik mit 31 Tönen. Onder het pseudoniem Arie de Klein schreef hij korte composities in een groot aantal verschillende toongeslachten, zie Muziek. Hij overleed op 24 september 1972 na dertig jaar van intensieve, onafgebroken muzikale activiteit.

Volgens prof. Leigh Gerdine bereikte Fokker de volgende zeer wenselijke doelstellingen met betrekking tot het 31-toonssysteem:

  1. hij vestigde de fysische basis voor het bestaan van de kleine drieklank en mineur tonaliteit in de gespiegelde (reciproke) versies van zijn intervalrelaties;
  2. hij maakte van de septiem een acceptabel harmonisch interval - waar Hindemith dit niet verder durfde na te streven omdat hij niet zeker wist waartoe het zou leiden;
  3. hij bedacht - en bouwde - een toetsenbord dat de problemen met 31-toonsmuziek op briljante wijze oplost, en sommige ontoereikendheden van het huidige 12-toonstoetsenbord elimineert;
  4. hij maakte de uitdagingen van een nieuw rationaal geluidsspectrum toegankelijk, wat zowel sterkere consonantie als sterkere dissonantie mogelijk maakt, en een meer authentieke uitvoering van oude muziek (vóór Bach) als uitgebreidere mogelijkheden voor de muziek van de toekomst.

Lees het artikel van Rudolf Rasch over Fokkers muzikale activiteiten: Adriaan Daniël Fokker: Musicus tricesimoprimalis, 1988.

Artikelen op deze website